HOME > Programmatuur > Internet > Enkele internettoepassingen > World Wide Web

 

WWW

Inleiding

Het WWW is waarschijnlijk het best gekende onderdeel van het internet. Als er over het internet gepraat wordt, dan heeft men het in de meeste gevallen eigenlijk over het WWW. Het WWW is dat deel van het internet dat je bezoekt met een browser (zoals Netscape Navigator/Communicator of Internet Explorer). Pagina's op het WWW zijn meestal visueel redelijk aantrekkelijk en vormen een combinatie van tekeningen/foto's en tekst. Het is ook mogelijk om van een stuk tekst naar een ander stuk te springen door een hyperlink te volgen. Een hyperlink is een sleutelwoord dat aanklikbaar is met de muis; als je erop klikt, dan verspring je naar een ander stuk tekst dat meer informatie geeft over dat bepaalde sleutelwoord. De menuonderdelen links op deze pagina dienen ook als hyperlink: klik erop en je vertrekt naar een andere pagina in deze site.

Geschiedenis

Het WWW werd uitgevonden aan de CERN, het Europees centrum voor nucleair onderzoek. Het was toen de bedoeling om de verschillende mensen van dat CERN de mogelijkheid te geven om op een georganiseerde manier met elkaar in contact te komen. Het moest gemakkelijk zijn om informatie aan het (intern) netwerk toe te voegen en even gemakkelijk om informatie te zoeken. Het resultaat was dus een premature vorm van het huidige WWW, hoewel het huidige WWW eigenlijk niet meer zoveel geëvolueerd is.

De belangrijkste eisen gelden nog steeds:

De deeltjesversneller van het CERN, in een 27 km lange, cirkelvormige tunnel bij Genève.

De Vlaming Robert Cailliau bedacht in het CERN mee het WWW. 

Browsers & HTML

Surfen op het internet gebeurt met de zogenaamde browser-programma's. Een browser is een programma dat alle teksten die op het internet staan kan inlezen, interpreteren en weergeven volgens de codes die in deze verschillende teksten aangegeven staan. Teksten op het internet kennen immers geen vaste opmaak, want ze moeten op de verschillende computersystemen weergegeven kunnen worden. Het was interessanter om een paginabeschrijvingstaal te definiëren: HTML. 

Een voorbeeld in HTML: om een stuk tekst cursief te kunnen zetten, moet je de cursief te zetten tekst tussen twee tags zetten. "Deze tekst komt <I>cursief</I> te staan." ziet er op het WWW zo uit:

Deze tekst komt cursief te staan.

Met dergelijke HTML-tags is het ook mogelijk om hyperlinks te definiëren, kleuren in een document te zetten, tekstgroottes te doen variëren, tekeningen in te voegen of lijnen te trekken. De HTML-taal evolueert trouwens ook, net als een levende taal. Van tijd tot tijd wordt er een nieuwe HTML-standaard gedefinieerd, waarbij de nieuwe standaard altijd een uitbreiding is van de vorige commandoset. Was tot voor kort "versie 3.2" nog de norm, momenteel zitten we al aan "versie 4.x" en wie weet wat komt er binnenkort nog allemaal bij.

URL

'URL' is een acroniem van 'Uniform Resource Locator'. Om het kort te houden: het is een soort van standaard voor benaming van de verschillende informatie-aanbieders. Iedereen heeft ooit wel al een URL gezien of ervan gehoord, bijvoorbeeld "http://www.pelckmans.be".

Je merkt al aan het voorbeeld dat zo'n naam uit verschillende onderdelen bestaat. Het eerste deel na http is meestal 'www', om aan te duiden dat je dit adres eigenlijk moet intikken in een internet browser. Het laatste deel is altijd een landcode, tenzij het land van oorsprong de VS is, want die vonden zichzelf zo goed dat ze alleen wilden weten of een adres in een ander land te vinden was. Een paar van die landencodes zijn bijv. be (België), nl (Nederland), uk (Verenigd Koninkrijk), au (Australië), fr (Frankrijk) en ru (Rusland).

Het voorlaatste deel (of het laatste in het geval van de VS) duidt meestal aan met wel soort van informatie-aanbieder je te maken hebt. Zo wijst de ac bijv. op een academische overheid. Andere mogelijkheden zijn o.a. com (company), gov (government) of org (organisation). 

Door die min of meer uniforme naamgevingsregels is het vaak mogelijk om informatie over een bepaald bedrijf te vinden zonder met zekerheid het internetadres van dat bedrijf te weten. Een voorbeeldje: stel dat je meer te weten wil komen over IBM, dan kan je eens proberen te surfen naar het adres http://www.ibm.com (beginnen met 'www', het gaat over IBM, en het is een Amerikaans bedrijf). Je zult zien dat je inderdaad bij IBM terecht komt. Zou Pizzahut op het internet zitten ? Probeer maar eens: http://www.pizzahut.com. Zowat alle grote bedrijven hebben hun stek op het internet, proberen kan dus zeker geen kwaad.