Amor et Psȳchē, naar Apuleius deel 7
Huwelijksfeest
Het duurde niet lang of er werd een overvloedig bruiloftsmaal opgediend. Op de ereplaats lag de bruidegom, met Psyche in zijn armen. Jupiter lag precies zo met zijn Juno, en daarna
naar Apuleius, Metamorphoses IV, 32 -V, 21-23 - VI, 23-24 (passim) met vertaling naar E. van Opstall
volgde de rest van de goden op rangorde. Jupiters kelk werd telkens met nectar (de wijn van de goden) bijgevuld door zijn eigen schenker, die herdersjongen. De anderen werden door Liber bediend. Vulcanus was het eten aan het koken, de Seizoenen kleurden alles
purper met rozen en andere bloemen, de Gratiën sprenkelden balsem rond en de Muzen brachten melodieus gezang ten gehore. Apollo zong een lied met met citerbegeleiding en Venus was bekoorlijk aan het dansen, waarbij haar voeten op de maat van de zoete muziek bewogen. Zij had de zaak zo geënsceneerd dat de Muzen in koor zongen of hobo speelden, terwijl een satyr en een kleine Pan op de melodie van een herdersfluit zongen. Zo trouwde Psyche officieel met Cupido en toen de tijd rijp was, kregen ze een dochter. Wij noemen haar Genoegen.